Het klimaat in een pluimveestal is van grote invloed op de gezondheid van de dieren. Pluimvee is immers zeer gevoelig voor tocht en koude. In het voor- en najaar, wanneer het verschil tussen de dag- en nachttemperatuur groot is, kan het lastig zijn om het klimaat in de stal goed te houden. Hieronder enkele tips & tricks.
Het najaar, vanaf eind september, is een goed moment om alle apparatuur in de stal een keer bewust te checken. Door elk onderdeel afzonderlijk te controleren, wordt direct duidelijk waar eventuele problemen in de stal zich kunnen voordoen. Observeer daarnaast dagelijks uw dieren. Zij geven duidelijke signalen af wanneer er qua klimaat, bijvoorbeeld door leklucht of tocht, iets niet in orde is. Het makkelijkste voorbeeld hiervan is de verdeling van de dieren in de stal. Verdelen zij zich niet goed, dan moet er iets zijn wat hun ongemak veroorzaakt. En dan is het aan de pluimveehouder om dit te vinden en op te lossen.
* Voor de bandbreedte bij leg- en ouderdieren is er een simpele rekensom die kan helpen bij de instellingen: bandbreedte + streefwaarde staltemperatuur = 27.
Als de temperatuur ’s nachts tussen de 5 en 10 graden komt, is er meer kans op problemen. Vooral leggende dieren zijn zeer gevoelig voor tocht en kunnen bij deze temperaturen en verkeerde instellingen snel E. coli ontwikkelen. Bij deze dieren is het belangrijk om te controleren of er ergens sprake is van leklucht. Met een rookproef wordt snel zichtbaar of er ongewenste luchtstromen ontstaan bij deuren, ongebruikte ventilatoren, via de mestbanden of bijvoorbeeld bij de uitloopschuiven. Check ook de werking van de warmtewisselaar, de mestbandbeluchting of de beunbeluchting.
Heeft u vragen, wilt u advies of heeft u interesse in een rookproef? Neem dan contact op met uw ForFarmers-specialist.
Het voorbije jaar legden de best presterende koppels van ForFarmers maar liefst 13 eieren meer dan het landelijke gemiddelde, wat zorgt voor een hogere voerwinst van 1 euro per kip. Meer weten? Ontdek het hier.
Inschrijven
Contact opnemen